Wat een ramp is internet hier, in de hoofdstad van het land!! Ik kan niets uploaden, niet bij de mail, zal een wonder zijn als je dit nog in april leest. Zeker omdat in Mzuzu de verbinding nog slechter is.
Ergens moet een bug zitten in mijn systemen van telefoon en pc want ‘hun’ internet doet het wel. De manager van Mutheto Lodge bood aan mijn pc direct per kabel op zijn router aan te sluiten.
Uh uh, no go. Báálen. Maar enfin, ik kan ook geen ijzer met handen breken.
Vandaag de 6 uur lange trip naar het noorden naar Mzuzu, de hoofdstad van Mzimba regio.
De wereld wiebelde behoorlijk in mijn beleving, was nog niet goed genoeg uitgeslapen van de trip van gisteren. Toen de chauffeur aanbood om ons naar Mzuzu te rijden en dan de bus terug te nemen, leek me dat niet zo’n slecht idee “ok, zullen we dan het rijden delen, om de beurt een uurtje of zo?”. Dat leek hem wel een goed plan. Pas nadat ik hem verteld had dat ik een Landrover had gehad, bekend ben met off-road rijden en ook vorkheftruck gereden heb, vertrouwde hij me het stuur van de Nissan met automaat toe.
Er zaten behoorlijk lastige stukken in de weg. Met 100 km per uur moet je bliksems goed uitkijken dat je niet op zo’n pothole klapt of de ‘berm’ meeneemt waar het asfalt afgekalft is met gemene gaten. Ook al was het niet zo druk, tegenliggende vrachtwagens hadden de gewoonte middenop te rijden zodat er eigenlijk te weinig ruimte over was tussen bermgat en tegenligger. Af en toe was het flink op de rem staan om een fietser het leven nog te gunnen.
In totaal hebben we 11 politie road blocks gehad. Ik moest telkens mijn rijbewijs laten zien, de chauffeur niet….
Het laatste stuk reed hij weer. Het landschap veranderde. Het werd groener en heuveliger met meer bomen. De weg begon meer te slingeren. Ik leerde hem waarvoor de D2 en D1 versnellingen waren zodat hij de remblokken kon sparen door op de motor af te remmen. Toen hij het door had, vond hij het zo spannend dat hij bij iedere afdaling schakelde. Als de nieuwigheid eraf is, zal dat ook wel weer meer in balans komen.
We vonden Milla’s huis waar ik via Airbnb een kamer gereserveerd had. Ai, ze was nog in de stad, dacht dat we morgen zouden komen en de kamer was nog bezet, maar ze kwam er aan, even geduld.
Vijf minuten later kwam er een jonge blanke vrouw met lang touwhaar op ons toerennen. Ze verontschuldigde zich nogmaals maar ze zou wel een oplossing vinden.
De grote ijzeren poort naar haar compound knarste open. We zagen puppies, kittens, een klein kind en een jongeling die een steeksleutel als hamer gebruikte op een te repareren onderdeel van een aftanse auto.
Milla, een Finse, woont al 6 jaar daar, getrouwd of hokkend met een hele lange, hele zwarte Malawiaan en had intussen 2 beeldschone jongetjes gekregen. Hun huis was groot en rommelig, gewoon ontspannen Afrikaans. Ze kon wel een kamer voor me klaarmaken maar wel binnenshuis. “Prima. Dan gaan wij intussen even boodschappen doen, een hapje eten en naar Satiels onderkomen”
De poort knarste weer open. We gleden weer naar buiten.
Satiel verbleef vlakbij in Zikomo Lodges. Een commercieel bedrijf dat kamers met badkamers verhuurde. Full stop. Niks meer, niks minder. Een bed, een wc, wastafel, een ‘douche’ en that was it. Super kaal, super ongezellig. De hele compound was volgekrampt met verhuurkamertjes.
We hobbelden heel langzaam terug op een super drukke, gevaarlijke weg. ALLES kriskraste door elkaar heen van gat naar gat. We draaiden de parkeerplaats van de grootste supermarkt de Pricerite op. Daar kon ook mijn telefoon voor het internet herstelt worden. Nou niet dus.
Ik kocht groenten en wat fruit om morgenavond zelf een potje te kunnen koken. Satiel is uitgenodigd. Voor vandaag gingen we naar een resto. De Kips was eigenlijk de enige optie. De lokale restaurantjes waren al gesloten, die opereerden allen rond lunchtijd. De Kips mij denken aan Amerikaans fast food resto. Tip: eet geen pizza in Malawi. Ze zijn beter in het bereiden van het standaard restaurantvoer: gebraden kip of rund met grote frites of rijst.
De ingekochte etenswaar brachten we terug naar Milla’s place. Mijn bedoeling was dat Satiel van daaruit naar zijn onderkomen zou lopen, nog geen kilometer verderop. Maar hij vond het maar niks. Hij vertrouwde die lui niet, was bang dat zijn kostbare auto gestolen of vernield zou worden. Hij liet me een van zijn voorzorgsmaatregelen zien. Een ijzeren ketting, bevestigd onder de motorkap die met een hangslot voorkwam dat de motorkap open kon zodat de accu er niet uitgejat kon worden. Nee, we konden de auto beter stallen bij zijn lodge. Daar zou het veiliger zijn. Dat was goed afgesloten met een hoge poort. En het kon daar ook nog gewassen worden. Ik vond dat hij overdreef, maar vooruit, geven we hem het voordeel van de twijfel, wij weer terug naar Zikomo.
En dus ook weer terug, lopend, naar Milla’s place (wiebelend in mijn geval). Hij kende een kortere route, door de (sloppen)wijk. Satiel escorteerde me keurig terug. Morgen wordt de ‘grote dag’, dan komen alle mensen, die op enigerlei wijze geprofiteerd hebben van de stichting, bijeen. Ik zal er niet onderuit kunnen een woordje te spreken. Ik moet dus nog even een ‘speech’ in elkaar draaien vanavond……:-O
Milla stond te koken. Ik mag haar wel, ze is geen volgzaam gansje maar kiest zelf haar levenspad, ook al vertelde ze dat ‘het leven je overkomt’. Ze was naar Malawi gekomen om samen met een Nederlandse een kaasmakerij te beginnen. Die Nederlandse woonde al 15 jaar hier, had koeien en een lap grond. Door omstandigheden (moeilijk huwelijk, school van kinderen, financiën) besloot die na twee jaar terug te gaan naar Nederland. Het project kwam stil te liggen. Milla had intussen de love of her life gevonden en 6 jaar later bevindt ze zich met 2 zoontjes in een Malawiaans leven.
“Doe maar of je thuis bent.”
“Is goed. Dan ga ik even water koken voor een kop oploskoffie. Jij ook eentje?”
Zo raakten we aan de praat. Schijnt dat er op de weg naar Nkata Bay waar we zondag naar toe gaan met de groep eindejaarsscholieren, een Zuidafrikaans stel zit dat biologisch verbouwt. Ze geven rondleidingen en ook trainingen aan boeren. Ze bewijzen dat die dure kunstmest helemaal niet nodig is om een prima oogst te krijgen. Met die lui móét ik natuurlijk gaan praten.
Milla heeft al haar kaasmakerij spullen nog en ze heeft ook nog ergens de contactgegevens van een buitenlander die de ideale melkgeit voor Malawi heeft ‘uitgevonden’.
Zo te horen een paar prachtige knipoogjes van boven.
Zoontjelief kreeg nog een veeg uit mijn yoghurtpot mee, met kaneel en suiker! (zeker Fins?)
Het water is afgesloten, de hele avond al. Dus niet afwassen en al weer geen douche. Morgen beter.
Het is kwart over negen. Die speech komt morgenochtend wel. Iets in de trant van dat de door God gegeven talenten niet voor jezelf maar voor anderen bedoelt zijn en dat onze visie is betere leefomstandigheden te creëeren door en voor de community. (rentes van microkredieten tbv de school) en liefst effe allemaal nog duurzaam ook.
Hoop morgen een wat minder waggelend hoofd te hebben.