21 april, bonen en een begrafenis

 

We bezoeken de legume farmers. Ik heb heel lang gedacht dat deze boeren groenten verbouwden maar nee, met legumes wordt mais en bonen bedoelt en dan hebben ze het over het soort van rode, witte, zwarte bonen.

Dit jaar is er twee maal twee weken een droogte geweest, voldoende om (vooral) de bonenoogst te laten mislukken. De meeste boeren hebben hooguit het dubbele kunnen oogsten dan ze gezaaid hebben. Betekent dat er voor de volgende oogst letterlijk honger zal worden geleden. Men is al broodmager en slecht gevoed door veel te eenzijdige voeding waardoor men snel ziek is. Daarbij is medische hulp voor de meesten praktisch onbetaalbaar met als gevolg dat er veel meer mensen dan gewoonlijk, vooral kinderen, zullen sterven.

We gaan deze boeren dus niet het vel over de oren trekken. Het was afgesproken dat ze hun zaadlening dubbel zouden terugbetalen. In een goed jaar kan er van 1 zaad tot een kilo bonen worden geoogst, dus van 20 kg zaad 40 kg teruggeven zou een fluitje van een cent geweest moeten zijn. Helaas, dit jaar niet. We gaan met ze afspreken dat niets hoeven terug te betalen, maar de initiële lening blijft staan tot na de volgende oogst. Ze mogen een nieuwe lening afsluiten tegen de normale voorwaarden. Een droogte zoals dit jaar komt maar heel zelden voor, zeggen ze, dus we bidden voor een betere oogst volgend jaar. De kans is groot.

Ik hoop, (tegen beter weten in???) dat de gevolgen van de wereldwijde klimaatverandering, vooral veroorzaakt door de rijkere landen, reeds arme bevolkingen in derde wereld landen niet verder zal treffen, ook al is bekend dat droge gebieden nog droger zullen worden en natte gebieden nog natter. Ik hoorde dat het Noordpoolijs over 4 jaar weggesmolten zal zijn waardoor zeestromingen drastisch zullen veranderen en klimaatveranderingen plots heel heftig en onvoorspelbaar zullen zijn. Ik houd mijn hart vast.

Een boer heeft een melkkoe, en zelfs een kalfje. Het kalfje staat op een verhoginkje met hooi, afgescheiden van mam waardoor het niet kan drinken naar behoefte. De koe heeft nauwelijks ruimte, staat met haar achterpoten in de drab van haar eigen mest te stampen, kan haar staart niet voldoende langs het lijf krijgen om de vliegen te verjagen. Haar voer, lege bonenhulzen, ligt op de grond zodat ze die met haar voorpoten vertrapt. Ze heeft geen water en toch geeft ze zo’n 10 liter melk per dag. Ik heb tegen de boer gezegd dat hij voor permanent vers water moet zorgen en het voer van de grond af moet houden door een simpel platformpje te bouwen. Ze moet droog kunnen staan en meer ruimte hebben. Ik kom terug om te controleren. Is het niet verbeterd, dan krijgt hij geen lening meer. Ik kook van binnen, dit is pure mishandeling door luie laksheid. In zo’n situatie is het een voordeel blank te zijn en macht te kunnen uitoefenen. De boer zijn uitvluchten worden niet geaccepteerd!

Een eindje verder zien we een vaars van een andere boer. Ook als staat dat beest alleen, het heeft wel water, staat droog en de stal is ruim genoeg.

Bright is niet meegekomen vandaag. Zijn oma is gisteren overleden en wordt vandaag begraven. We worden verwacht aanwezig te zijn. We hebben voldoende tijd en ik ben nieuwsgierig hoe een dorpsbegrafenis in een Malawiaans dorp er aan toe gaat.

Vele mensen lopen in de richting van het huis van de overledene. Ze zijn niet persé uitgenodigd, ze komen gewoon. De vrouwen gaan bij de vrouwen zitten, de mannen bij de mannen. Ieder schaduwplekje is bezet. Satiel en ik vinden een hoekje op de grond zoals de anderen. Iedereen wacht op de komst van de kist. Satiel hoort dat de kist net uit Mzuzu is vertrokken, dus dat duurt nog wel even. “We kunnen over een uurtje of zo wel gaan, we hebben ons gezicht laten zien, dat is voldoende”, zegt hij. Edward Kaunda komt ons de hand schudden. Even later worden er 2 fauteuils aangedragen door een paar sterke knapen. “Ga hier maar zitten”, zegt hij “het is respectloos jou op de grond te laten zitten.” De stoelen, zo nieuw heb ik ze in Afrika nog nooit gezien, kunnen nog net voor een deel uit de zon worden gezet. Wij nemen plaats en praten over de laatste ontwikkelingen in het dorp, begeleid door het gezang van vrouwen. Zo lang de kist er nog niet is, zingen de vrouwen.

Commotie. De kist is aangekomen op een pick-up wagen. Een stoet andere auto’s er achter aan die luid wenende familieleden uitspugen. Huilend en strompelend gaan ze een gebouwtje binnen. Alle aanwezigen, een paar honderd mensen, wachten weer. Ik condoleer Bright met zijn oma. Ze was 71 en had een lang ziekbed achter de rug. We worden een huisje binnengevraagd. We krijgen sima met paar stukjes kip. Meer mensen eten sima. Niet iedereen kan eten (alleen de ‘belangrijke’ mensen) maar met wat geïmproviseer, veel mensen wel. Er is niet veel, maar het vult een gat.

Weer buiten, zien we een groepje vrouwen in een uniform dat op een nonnenpak lijkt. Zij zijn van de CCAP en zingen vaak bij begrafenissen. De kist wordt weer op de pick up gezet en de hele stoet gaat naar de nabijgelegen begraafplaats. Een begrafenis is een erg belangrijk deel van het leven op het platteland. Satiel bevestigd dat men vaak meer aandacht besteed aan de persoon na diens dood dan tijdens diens leven. Brights familie is gematst door de kistenmaker. De familie had de helft van de prijs van de goedkoopste kist (120 US$) bijeen kunnen garen via familieleden in Zuid Afrika en iedereen had naar draagkracht bijgedragen. De kistenmaker heeft ze de andere helft vrijgescholden vanwege verleende diensten in het verleden.

We gaan weg.

Jonge jongens repareren de diepe bandensporen die door regenval in weg gereden zijn met schopjes en hakwieders. Ze verwachten wel een zakcent van de automobilisten die van de verbeterde weg gebruik maken. Gelijk hebben ze.