We willen graag zien hoe het met de 45 geiten gaat die we vorig jaar hebben uitgegeven, dus gaan wer er een paar in hun thuissituatie bekijken.
Maar eerst krijgen de 4 schattige puppies een knuffel. Ze zijn vrolijk, ondeugend en aanhankelijk. Heerlijke beestjes. De mogelijke pa, die behoorlijk gewond is geraakt in een straatgevecht kruipt, zodra hij de kans krijgt, op de zeer ruime Afrikaanse fauteuil in mijn kamertje. Hij gromt naar de pups, waarschijnlijk omdat ze te wild voor hem zijn en hij nog best wel pijn heeft.
De ukkies zijn zeer snel afgeleid en heel gauw moe. Dan ronken ze weer een tijdje, dicht op elkaar gepakt, totdat een geluid ze wakker maakt. Daar rennen ze dan op af, dansen er om heen, horen weer wat anders, rennen weer en als daar de nieuwigheid vanaf is, slapen ze opnieuw. Een heerlijk onbezorgd leventje.
We, Satiel, Bright en ik, gaan op pad. De Nissan hobbelt en klotst over de totaal hiervoor ongeschikte paden. Ik heb er spijt van de auto gekocht te hebben. Dat grote imposante ding past gewoon niet in het dorp. We gaan hem ruilen voor motorbikes of een tricycle zodra Satiel in Mzuzu woont.
Geit nummer 1 staat vastgebonden aan een boom en heeft 2 meter speelruimte. Haar jong, een bokje van een maand oud, loopt los en is behoorlijk schichtig. De tweede geit die de dame gekregen had, is doodgegaan omdat ze een plastic zak in haar maag had. Doodzonde natuurlijk. Dat ga ik meenemen bij de halster- en tekenverwijdertraining die voor donderdag gepland staat.
Geiten nummer 2 en 3 staan ook vastgebonden aan een voorpoot, vanwege ons bezoek. Hun kleintjes, ook bokjes, wat jonger dan de eerste, dartelen om mama heen.
De “kraal” die iedere vrouw geleerd heeft om te maken, staat op een hoogte zodat de kostbare poep er onder valt en geoogst kan worden voor de composthoop. Het heeft ook als voordeel dat de geiten niet in hun eigen uitwerpselen ziek worden. Maar goed dat het geiten zijn want de ‘vloer’ van hun onderkomen bestaat uit dunne stammetjes waar ze, in mijn beleving, makkelijk doorheen kunnen schieten en een poot breken. Als ik dat zeg, wordt er om gelachen. Nee, dat gebeurt niet. Ik hoop dat ze gelijk hebben.
Ik vraag welk profijt ze tot nu toe van haar 2 geiten heeft gehad. “Manure,” is het antwoord, mest.
Geiten melken doen ze niet want ze geven te weinig dus laten ze het voor de kids (de jonkies).
Nee, logisch, van alleen gras en bladeren krijgt een geit niet voldoende eiwitten binnen om een goede hoeveelheid melk te produceren. Enfin, dat is een uitdaging voor later. Een omslag in denken is niet zo makkelijk door te voeren als een paar geiten geven.
Geiten 4 en 5 zien er ook gezond uit, ook al staan ze verstrikt tussen de struiken, veel te kort vastgebonden. Een er van is langharig! En daar ben ik blij mee. Deze geit kan geschoren worden en het haar gewoven of gevlochten. Niet zo’n moeilijke techniek. Als ik het ze uitleg, kijken ze me wazig aan. “Een geit scheren?? Wat voor gekke ideeën heeft die mzungu nu weer??”
Het is de enige langharige geit in de kudde. Voor 1 geit heeft het ook geen zin, maar ik ga vragen of nieuwe geiten allemaal langharig kunnen zijn. De volgende keer kan ik het ze haarfijn uitleggen en de techniek leren. Zeker weten dat er dan meer enthousiasme zal zijn.
Mijn voordeel is, is dat ze allemaal graag geiten willen hebben. Ok, doen we maar dan gaan we ze ook melken en scheren…..
Bij ieder bezoek worden we overladen met cadeaux. We krijgen zakken vol half rijpe maar knotsen van avocado’s, genoeg agaves voor een weeshuis en bijna rijpe sinaasappels met een groen-gele schil. De eerste vrouw vroeg ons terug te komen na de anderen te hebben bezocht. Daar kregen we een maaltijd geserveerd, zoals de traditie en beleefdheidsnormen verordonneert. Een vrouw zegt eerst een gebed voor de maaltijd. Er staat sima en kip op tafel. De lokale kippen zijn super taai. We eten met de rechterhand. Eerst kunnen we handen wassen in de kom die ons wordt voorgehouden, na de maaltijd gelukkig weer. Met nog meer zakken vol fruit mogen we eindelijk vertrekken.
We rijden naar de regio chief Nkambule. Edward Kaunde is er ook, vooral om te vertalen. Satiel is zo fijngevoelig om niet bij het gesprek aanwezig te willen zijn zodat we vrijuit kunnen praten.
Na de gebruikelijke begroetingsplichtplegingen, die ik nog uitbreid om werkelijk iedereen, van oud naar jong, een hand te geven. De oudere dames schudden me met twee handen hartelijk en met overtuiging de hand. De kindertjes pakken verlegen mijn uitgestoken hand aan. De allerkleinste vindt dat vreemde witte gezicht toch te eng en begint te huilen.
“Chief, I need your help, please,” begin ik mijn pleidooi. Ik vertel hem dat we van plan zijn een boomkwekerijtje op te zetten met inheemse bomen. Of de chief zo vriendelijk wil zijn om erop toe te zien dat men minstens net zoveel boompjes opnieuw aanplant als men gebruikt voor het stoken van bouwstenen? Ik weet al lang dat hij de ontbossing niet toejuicht. Ja, dat wil hij wel.
“Waar wilt u dat men ze aanplant? Mag men dat zelf kiezen of heeft u een bepaalde plek in gedachten?”
De chief wil dat ze op een hiervoor al gereserveerd terrein komen te staan. Mooi, dacht ik al. Hij wil dit terrein aanplanten (waardoor zijn status in de regio verhoogd wordt) dus hij zal er zeker op toezien dat het ook gebeurt. Win-win 😉
Ik vraag hem of hij ideeën heeft hoe de houtskoolkap aan banden te leggen. “O, dat gebeurt hier niet meer. Het houtskool dat je ziet komt van 20 km ver.“
‘Lekker kortzichtig schat’, denk ik, ‘alsof dat een oplossing is, die ver-van-mijn-bed gedachte’.
Ineens schiet me een gedachte naar boven. De Cookit en aarden ovens. Ik leg ze het principe uit. Er worden al houtskoolzuinige oventjes verkocht maar een gerecht koken alleen op de zon is nieuw voor ze. Hij vindt het interessant maar ik zie dat er nog een lange weg te gaan is. Hiervoor is weer een cultuurverandering voor nodig.
Ik vertel hem van de meeste onderwerpen die ik gisten met Edward had besproken. Kredieten vormen het hoofdonderwerp. Edward vraagt heel diplomatiek “Stel dat ik jouw zoon zou zijn, zou je me dan een groot krediet willen geven?”. “Jawel, net als ieder ander. Als het voorstel goed is, kan dat zeker wel. Als invloedrijk persoon in het dorp zou jij, of de chief, toch niet willen dat de mensen zien dat jullie voorgetrokken worden? Dat zou niet gewaardeerd worden, toch? En jullie willen toch het respect van de mensen behouden?”
“Je hebt gelijk,” daarmee begint hij bijna iedere zin “maar hoe groot een krediet zouden we dan kunnen krijgen?”
“Nou kijk, het is niet zo moeilijk. Er is een bepaalde pot met geld beschikbaar voor kredieten. Dat kunnen we verdelen door een paar mensen een groot krediet te geven of heel veel kleinere kredieten zodat meer mensen er van kunnen profiteren. Wat zouden we moeten doen?”
“Veel kredieten,” geeft hij gelukkig toe. Het heikele moment is voorbij.
Ook al was het intussen 3 uur, ik mocht niet weg voordat ik gegeten had. “mogen Satiel en Bright dan ook komen, zij wachten al een paar uur?”
Uiteraard.
Hetzelfde ritueel en dezelfde maaltijd van sima en taaie kip.
Gisteren hadden we niks gegeten, vandaag twee keer gelunched. Vooral Bright genoot. Hij houdt veel van eten en is dan ook te dik. Ik plaag hem goedmoedig er mee, ondertussen komt de boodschap aan. Hij is een vriendelijke, goedmoedige en geduldige man. Hij zal ons zeker goed kunnen bijstaan in de toekomst.
In het laatste licht rijden we terug naar Mzuzu, naar het SMART Centre van Reinier Veldman dat hij samen met Henk Holtslag (geen familie, de ‘waterguru’ van eenvoudige maar effectieve oplossingen voor waterproblemen de wereld over) heeft opgezet. We kregen een rondleiding van de touwpompen (ik ben fan), water conservatie en boren naar water. Geweldige ideeën, zeker bruikbaar voor Enyezini. Volgende week komt de zeer capabele Malawiaanse medewerker ons advies geven hoe de ernstige erosie aan te pakken. TOP !!!