Eerst even naar het internetcafé, voorbereide mails wegsturen en de blog updaten. Leuk te zien dat daarna wat reacties binnenkomen met bruikbare tips.
Dan snel door naar Mark Beckett, de op Gods-manier-boerende Zuidafrikaan. Ik had kefir van Milla teruggepikt en voor hem meegenomen en zijn vrouw uitgelegd hoe het werkt.
Mark wil best een training geven over hoe je moet mulchen, bemesten, rotatieteelt toepassen en wat dies meer zij. We hoeven maar te bellen een week van te voren en hij komt. Ook voor de opvolging tot en met de volgende oogst is hij te porren. Afgesproken dat we sleutelfiguren bijeen verzamelen voor de trainingen die daarna, op hun beurt, alle dorpelingen kunnen instrueren. Learn the learners.
Satiel kijkt uit naar geschikte personen. Hij is als de dood voor ‘import’ van andere dorpen die dan de opgedane kennis met zich meenemen en het niet ten bate van Enyezini komt. Voor nu, vind ik het prima. We hopen op een zich uitbreidende olievlek, Enyezini is het proefkonijn.
Mark vindt dat de enige manier om duurzame positieve verandering te bewerkstelligen is door verandering van het hart. Als men het evangelie in zijn hart aanvaardt, dan alleen krijg je een blijvend succes. Ja mooi. Ik denk dat als mensen zien dat wildvreemden zich inzetten om hun een beter leven te geven, en ook het resultaat er van zien, ze gaan nadenken en het gospel er dan als gesneden koek in gaat omdat ze je dan vertrouwen. Ik denk dat we dat stadium deels al bereikt hebben. Malawi is een grotendeels christelijk land. Men bidt voor het eten maar verder merk ik weinig van een persoonlijke relatie door de Heilige Geest in hun gesprekken. Ik krijg nog wel een gelegenheid om ze het uit te leggen en voor de rest moet ik de uitwerking aan Hem over laten. Ik twijfel er nog over om ook over de shabbatviering en bijbelse feesten te beginnen. Daar hebben ze, als traditionele christenen, nog nooit van gehoord en zou ze kunnen verwarren. Nee, ik ga, deze of gene die er misschien wel ontvankelijk voor is, vertellen hoe ik het beleef. Dan laat ik het verder aan Zijn wijsheid over, denk ik.
We krijgen een zakje vol moringazaden mee en de instructies hoe je het moet planten. Ik ken het van Burkina Faso maar daar laten ze het tot bomen uitgroeien. Beter is om iedere 20 cm een zaadje een vingerkootje diep (dubbel de grootte van het zaad) in de grond doet en het tot maximaal een meter hoog te laten worden. Goede bewatering, veel zon en stevig snoeiwerk zorgen voor een rijke, dikke struik met duizenden gezonde blaadjes er aan. In het Westen wordt het als superfood gezien.
Ik vertelde dat ondervoede kinderen een pasta krijgen van pindakaas, moringa en gierst. Lokaal te produceren met zo ontzettend veel voedingstoffen, eiwitten en energie dat de kids er in korte tijd weer bovenop zijn. Zo’n fabriekje staat zeker nog op mijn lijstje om dat te gaan produceren en niet alleen voor ondervoede kinderen, voor iedereen. Weg met bolle buikjes!
Ik heb Mark beloofd hem wat van de groenten- en zoete maiszaden te geven die ik uit Nederland heb meegenomen. Als het in goede handen is, dan is het wel in de zijne. En hij vermeerdert en deelt uit naar anderen. Zo kunnen we allemaal onze gekregen talenten weer uitdelen.
We rijden terug richting Mzuzu. Satiel lijkt nogal sloom. Hij denkt dat hij malaria te pakken heeft. Een snelle test in het ziekenhuis zal het uitwijzen. Dan kan hij meteen medicatie krijgen dat waarschijnlijk meteen helpt.
In Burkina ging ik zelf naar de apotheek met een betonnen duizelkop en slappe benen. Niks geen ziekenhuis, gewoon je antibiotica zelf uitkiezen alsof het snoepjes zijn. Na drie dagen zijn de symptomen over maar heeft je lijf heeft nog heel wat weken nodig om goed te herstellen.
“We gaan toch naar Ekwendini Mission Hospital, zullen we daar een test laten doen?”, stel ik voor met de gedachte tijd te besparen.
“Ja, ok, doen we dat. We moeten wel eerst wat eten om de medicatie te kunnen nemen.”
We smikkelen allemaal van een gebakken visje. Het lekkerste visje uit het Malawimeer is al uitverkocht. Ik met frites er bij (zit tenminste nog een spoortje vit.C in … en slechte vetten), de boys met sima. De enige andere keus is nog rijst, allebei lege koolhydraten. Een lepel groenteversiering en dat is het. De Malawiaanse keuken is vreselijk saai en eenzijdig.
Het ziekenhuis maakt deel uit van het ‘CCAP of Livingstonia’ (of iets wat er heel nauw op lijkt, genoemd naar Livingstone die als eerste het evangelie bracht), een grote presbiteriaanse organisatie op een enorm stuk land. Ziekenhuis vooraan, kanjer van kerk in het midden, medische opleidingen achteraan.
We willen informeren of het mogelijk is dat onze studenten hier hun verpleegstersopleiding kunnen doen. De secretaresse van de principal ontvangt ons. Het loopt meteen gesmeerd want zij heet Astrida. Die kans heb ik dus niet laten lopen. We mogen met de principal praten. Satiel hem uit wat we in Enyezini doen. Hij kijkt waarderend.
Op voorwaarde dat de gegadigden 6 ‘credits’ hebben (minstens een 7) in 4 exacte vakken, plus nog 2 andere vakken op hun staatsexamen, dan kunnen ze toegelaten worden tot de 3-jarige opleiding tot gediplomeerd verpleegster. Hebben ze maar 3 credits, dan kunnen ze de even lange opleiding tot vroedvrouw doen. €1250 per jaar per studente, volledige verzorging en inwoning, vind ik het wel waard.
Als Milica daarna door wil studeren voor arts, dan moet ze nog 5 jaar.
De staatsexamenresultaten zullen nog niet bekend zijn in september wanneer de opleiding begint. “Dan kunnen ze in april beginnen”, zegt de principal met een begrijpende blik. “Als ze pas in april kunnen beginnen, doen ze dus van juni tot april, 10 maanden lang niets. Dan zijn ze weer helemaal uit de discipline van naar school gaan”, protesteer ik.
“Ja, dat is zo.”
We gaan wel wat verzinnen om de meiden aan het werk te houden, assisteren in de kliniek of op school de leraren met de eerste klassers bijstaan, of op de basisschool meewerken. Dan hoeft het geen verloren tijd te zijn.
[Trouwens, zouden niet meer afgestudeerde secondary school leerlingen op de basisschool of kleuterschool hand- en spandiensten kunnen verrichten, als ze toch geen kansen hebben naar college te gaan? Morgen eens even de deputy of teachers polsen.]
Voor deze informatie heb je geen gesprek met de principal nodig. Het opwarmertje moet hem ontvankelijk maken voor onze volgende vraag. Of hij ervoor zorgen kan dat er 2 keer per maand een paar verpleegsters naar Enyezini willen komen in plaats van 1 keer. Wij zullen het ‘kliniekje’ aanvegen en wat opkalefateren en in ieder geval tafels en stoelen plaatsen. We vertellen hem van het onnodig gestorven jongetje van gisteren.
De principal, een meelevend man zo te zien, stemt toe. Hij zal er voor zorgen. Ik krijg zijn kaartje zodat ik ons gesprek zwart op wit op zijn mail kan zetten. Yesss!! Winst!! Hebbes!!
Satiel kiest er toch voor om op bekend terrein in Mzuzu behandelt te worden. We kopen bij Shoprite nog wat water voor nieuwe kefir en vinden zo waar kombucha! Uit nieuwsgierigheid koop ik een fles baobabsap. Er zitten vezels, vit.C, anti-oxidanten, calcium, fosfor, ijzer, magnesium, thiaminezuur en vit.B6 in. Helaas ook veel suiker. Het is een bruinig, dik sap met een niet vergelijkbare, niet super lekkere of vieze smaak. Vanwege zijn eigenschappen ga ik het vaker kopen.
De smaak van de kombucha vind ik niet denderend, en we hebben al kefir, dus daar laat ik het bij.
Als we weer weg willen rijden, komt er een, zo te zien, moslim meisje met een geplastificeerd A4tje naar ons toe. Daarop staat haar naam en de school waar ze naar toe gaat, getekend door de principal. Ze probeert op deze manier haar schoolgeld bij elkaar te krijgen. Een originele methode, door nood geboren, denk ik. Satiel vertrouwt het niet helemaal. Ik vraag hem haar wat geld te geven. Hij heeft niet veel bij zich. “Schrijf dan maar haar naam en school en contactgegevens op,” stel ik voor. Het meisje spreekt redelijk goed Engels, ik geloof haar wel, ze lijkt me geen branieschoppertje. We gaan gewoon haar schoolfees voor aankomend trimester betalen. Heeft zij ook een keertje geluk.
Ik zet Bright en Satiel af bij een privékliniekje. We spreken voor morgenochtend half 9 af. Het is nog geen drie uur in de middag en de rest van de dag ben ik vrij. Heerlijk, deze onverwachte vrije uurtjes. De stroom ligt er al weer uit, gebeurt bijna dagelijks. Mijn pc en telefoon liggen plat zonder electriciteit, dan ga ik eerst maar het eten voorbereiden. Nee, eerst de kip wat meer leefruimte geven. Het beest zit al 2 dagen in die doos. Het bange ding probeert uit de doos te vliegen als ik in de buurt kom. Het lukt haar (gisteren lag er een ei in de doos) op de betonnen vloer te springen. Ze steunt wat vreemd met 1 vleugel op de grond. Dan zie ik pas dat haar poten nog steeds vastgebonden zijn. Ze wordt eindelijk bevrijd maar ik bind haar wel aan een poot vast buiten. Als de vogel eenmaal gevlogen is, hebben wij een maaltijd minder.
Floep, het licht komt weer aan. Gauw het blog bijschrijven, voordat de stroom weer uitvalt.
En dan ga ik nu, om kwart over 7, eindelijk kokkerellen. Pompoen-ui-tomaten-gember-knoflook-prutje met zoete aardappel en reepjes gebakken ei. Wordt lekker…..
Smakelijk. Tot morgen.
Ahh nee, het loopt toch weer anders. Milla bood aan om van haar schalen met heerlijke avocadosalade en koolsalade mee te eten. Serve yourself. Dat liet ik me geen twee keer zeggen, met nog wat witte bonen in tomatensaus er bij. Ik dacht, waarom zou ik haar niet betalen om met de pot mee te mogen eten? Ze moet toch voor de kids koken en ze is een goeie kok. Scheelt me bergen tijd.
“Ja, dat is goed, dat doen we. Maakt mij niet uit.”
“Ik eet alles, vooral groenten maar liever geen varkensvlees.”
Geregeld ! Alweer win-win.
Wat houd ik van die hemelse knipoogjes.
9 uur. De oogjes worden zwaar. Morgen bij het krieken weer op.
zzzzzz