27 december, Emazynjeni en Mwenje

Ik kruip onder mijn dekentje vandaan en sla het klamboehutje open. Het is ‘snachts te fris, zelfs binnenshuis, om zonder deken warm genoeg te blijven. De zon schijnt al warm om 8 uur.

Noah behandelt de honden met anti-pest middel, wassend in wit water. Op het flesje staat dat het bedoelt is voor koeien, schapen, varkens,geiten. Ach, niet zeuren, honden en katten horen daar toch ook bij?! Ook 4 weken oude Sika krijgt een beurt. Het beestje staat te wankelen op zijn pootjes en kucht. Ik droog zijn wollig vachtje af met een t-shirtje van de jongens dat toch de was in gaat en zet water voor hem klaar. Sika leeft nog binnen maar er staat nooit vers water, dat is niet nodig voor alle andere dieren die buiten uit de regenwaterplassen drinken.
Milla vertelt dat haar kippen altijd vol zitten met wormen, dat die zelfs in de eieren zitten zodat de embryo’s er in dood gaan. Iedere week een eetlepel appelazijn in het drinkwater helpt en soms een wormkuur. Ik zal eens googelen, wil er toch het fijne er van weten.

Ik app Dipankar van de macademia farm. Of we vanmiddag langs kunnen komen? Om een of andere reden mag die man mij niet geloof ik. Het is het type dat gevoelig is voor jong vrouwelijk schoon, en tja, daar sla ik de plank mis bij hem. Ik heb wel vaker gemerkt dat sommige mannen (onbewust) toeschietelijker en aardiger zijn naar mooie, jonge vrouwen, ‘blond’ of niet. De stem wordt gladder, de iris groter, de lach breder, de aandacht verscherpt.

Ik had hem uitgenodigd op het dorpsfeest en de locatie gestuurd maar geen antwoord. Ook nu heeft hij wel mijn appje gelezen maar antwoordt niet. Een in Engeland opgevoedde meneer? Misschien, maar dan een met zijn eigen gedragscode waaronder het niet beantwoorden van appjes acceptabel is. We vallen vanmiddag dan gewoon maar binnen, maar zien wat er gebeurt. De man hoeft ook (liever) niet in mij geinteresseerd te zijn, maar in het doel waar wij we voor komen.

Als Satiel me om 9 uur ophaalt, heeft hij al wat kredietevaluatieformulieren af laten drukken, de foto’s van de chiefs en Samson village afgedrukt en de auto ruikt nog maar een beetje naar rottend vlees.
De foto’s zijn mooi geworden.“Zullen we ze laten inlijsten? Dan worden ze pas echt een leuk aandenken.”
“Dat vind ik ook. We kunnen ze bij Shoprite in laten lijsten.”
“Mooi, dan kopen we ook een klein flesje bleek om de laatste rottingslucht weg te halen.” Ook al haat ik hetspul, soms kan je niet anders. Mijn koffer waar het verpakkingsplastic van de fietsen in heeft gezeten vertoont ook schimmelplekken. Mijn bedoeling is om die koffer met het grootste deel van mijn spulletje hier te laten. Als daar schimmel in zit, dan weet je wel hoe die er uit zien over zes maanden.

Ah,toch een appje van Dipankar. “Kan het morgen, heb het druk vandaag.”
“ Natuurlijk, morgenmiddag is prima. Ik begrijp dat je het druk hebt na de vakantie.” Grrrrr.
We gooien ons programma om, proberen Andrew mee te krijgen. We hadden hem eerst als ‘erosie expert’ meegenomen naar de verschillende sites maar is in feite nog trainee van SMARTcentre. Hij is bereid zijn eigen afspraken voor vandaag te verzetten.

We pikken eerst Ephraim op, die gisteren zijn broer heeft begraven. De man laat een vrouw en drie kinderen achter. Ik zie aan Ephraims ogendat hij het er nog moeilijk mee heeft. Logisch. Hijzelf is nu 7 maanden weduwnaar, ook met drie kinderen en geen baan. Het zal hem goed doen, de zinnen te verzetten vandaag.
Nadat Andrew bij de universiteitscampus is ingestapt, rijden we met zijn vijven naar Enyezini, veel te laat voor de geplande H2LDC bijeenkomst. Soit. Moet maar, dit is Afrika.

Satiel zet mij, Ephraim en Andrew af bij het pad dat naar Emazinyeni leidt. Een lerares van de school en het hoofd van een van de committees, luisteren wat bescheiden Andrew, die je echt de kans moet geven om zijn mening naar voren te kunnen laten brengen, en de veel vlotter van de tongriem gesneden Ephraim, hebben te zeggen. De eerder voorziene ‘contour bunds’, zoietsa ls een natuurlijke waterkering, zal toch niet nodig zijn. Met een paar terrassen met behulp van zandzakken in de huidige uitgesleten looppaden waar ook het water door wil lopen, kan de snelheid uit het water gehaald worden, diepere geulen voorkomend . De paden kunnen, met behulp van wat markeringen, naar de hoger gelegen randen erl angs. Wat slim geplaatste zandzakken, een greppel graven en de huidige wegafsnijding blokkeren, kan er al heel veel winst behaald worden. We kunnen proberen de mensen het uit te leggen, maar voor hun blijft het puur abstract en niet te vatten. Ephraim weet een school in Nkhata Bay (zijn geboortedorp aan het Malawimeer) die een prachtige tuin heeft aangelegd, inclusief groentetuin. We zien het allemaal zitten om daar inspiratie op te gaan doen. De twee dorpelingen gaan met hun verantwoordelijken praten en voor nu zoveel mogelijk en overal gras stekken, zo lang het regenseizoen, duurt.

We vragen wat zij zelf vinden wat hun grootste urgentie is. Dat het op dit moment erosie nog niet is, wordt snel duidelijk als we twee klaslokalen zien. Geen meubilair, betonvloer kapot, gewoon twee lege lokalen. Wat er hangt zijn overdwars gespannen draadjes met beschreven smoezelige kartonnetjes er aan. Het enige schoolmateriaal dat er is.

De tiental gehuchten die van de school gebruik maken, samen ong.1000…..mensen, zijn bezig nog twee lokalen te bouwen. De muren staan, de dakspanten liggen er. De grootste investering, de golfplaten voor het dak en het cement voor de vloeren, moet nog gedaan worden.

De lerares vertelt dat de regering arme boeren met hun enorme gezinnen uit het midden van Malawi naar deze vallei heeft getransporteerd om hier de grond te bewerken en een inkomen te verkrijgen. Dit heeft de druk op de school nog meer vergroot.

Ik vertel haar van ons kredietsysteem voor groepen, waarbij de opgebrachte rente in de school geinvesteerd wordt en het terugbetaalde kapitaal weer opnieuw uitgezet kan worden. Lijkt me geen slecht idee om de kredieten geheel binnen deze gemeenschap te houden, als een gesloten geheel.

We lopen naar de hoofdweg terug via de officiële route naar het dorp. We komen langs een enorme erosiekrater. Geen van ons drieen begrijpt hoe die heeft kunnen ontstaan, valt niet uit het landschapop te maken.


Satiel staat ons al op te wachten. De H2LDC is nog niet helemaal afgelopen. Ook al is hij geen lid, Edward Kaunda is ook aanwezig. Later word me duidelijk waarom. Hij vraagt of hij een motorfiets kan krijgen waarmee hij de dorpen die verder weg liggen kan bezoeken. Ik houd de boot af door te zeggen dat ik het met mijn medebestuurders zal overleggen maar dat ons werkgebied Enyezini is. ‘Nee, nee, beste Kaunda, hoe goed we ook hebben samengewerkt in april toen je nog de posititie had die Wiseman nu heeft, een eigen motorfiets gaat er niet komen’ , denk ik alvast vooruit.

Na de lunch, gaan we richting het dorp Mwenje, met H2LDClid Grace Mvuli die Emsezini onder haar hoede heeft en waar we bijna langs komen (scheelt haar een uur lopen. Fietsen lukt haar nog niet) ook nog in de auto. Dikke Bright voorin, beetje schikken met zijn vieren op de achterbank en het gaat prima.

Hij en Satiel en Bright hebben gisteren hun best gedaan. Ze hebben zelfs ook nog drie fietsbanden gekocht, voor Daud Cama’s rolstoel, die Grace nu meeneemt.

De toegangsweg naar het dorp Mwenje, en de drie dorpen er achter, dreigt serieus afgesneden te worden door een oprukkende, diepe erosiegeul. Wel grappig dat Andrew met precies dezelfde oplossing komt als ik. Betekent wel dat het water over de weg geleid moet worden. Misschien een greppel graven met planken als bruggetje er over? Of, idealiter, een (betonnen) pijp onder de weg door.

Het schoolhoofd is in Ekwendeni vandaag. Anderen leiden ons rond. Op het eerste gezicht, lijkt het mee te vallen, totdat we de ‘boosdoener’ zien, een heuvel achter de school die al zijn regenwater over de school en het dorp uitstort. De andere toegangsweg tot het dorp is al niet meer te bereiken voor auto’s.

Dat gaat zeker binnen korte tijd grote problemen opleveren. Wij denken dat er een afvoerkanaal/-greppel gegraven moet worden boven de school. Ik ga Reinier vragen of hij bereid is zijn oog op deze situatie te laten vallen.
We raden de dorpelingen aan zoveel mogelijk gras overal aan te planten en de paden te versmallen. Er is een ideale plek om een schoolmoestuin te beginnen.

Ook hier is het gebrek aan klaslokalen, en vooral onderwijzers, nijpend. 2 bevoegde leraren en 2 assistenten. De door de overhead onbetaalde assistenten trekken vaak snel verder omdat ze niet meer dan een aalmoes krijgen van de arme dorpelingen.

Ik vraag me af wat voor een toekomst kinderen hier hebben.

Niet veel meer dan kippen fokken, in zo’n innovatief hok?


Ik fluister Satiel toe dat ik ze niet durf te vertellen van onze (beetje betaalde) schoolverlaters als klasassistenten. Geen van hen komt uit dit dorp, dus misschien wil niemand hier naar toe. Eerst maar eens met Chrissy of Mwase dit bepraten.

Ik leg wel de kredietmogelijkheid uit. Ook hier onze slogan maar toepassen “voor het dorp, door het dorp”. Dat creeert eigenaarschap en verantwoordelijkheidsgevoel (hopen we).

We hobbelen terug naar Mzuzu met de twee jongste kinderen van Bright die de kerstdagen bij oma in Enyezini doorgebracht hebben, óók nog in de auto.

Leo en Zion vragen aandacht, waar Milla een bloedhekel aan heeft tijdens het eten. Voor haar is het noodzakelijk dat ze rustig van de maaltijd kan genieten.
Ik speel tjoektjoektreintje naar het ‘station’ met ze. Jaa, leuk!! Ze eten hun bordjes met pezier leeg.
Dan moeten persé de twee bromfietshelmen op. Ze verdringen zich voor de foto.